is het laatste lied van de cyclus 'DEUTSCHE VOLKSLIEDER' van Johannes Brahms.
De wanhopige minnaar blijft in smartelijke eenzaamheid achter: 'de maan wil ondergaan, de vogels zwijgen en nergens is meer enige vreugde. Alleen de sterren willen met mij huilen en de wilde dieren met mij treuren temidden van stenen en ravijnen'.
Dit slotlied van de cyclus ervaar ik als zo aangrijpend, dat ik ertoe neig, een vergelijking te maken met 'Der Leiermann', het beroemde lied, waarmee Franz Schubert zijn 'Winterreise' afsluit.
De oorsprong van het volkslied 'In stiller Nacht' is een religieus
'Trauer-Gesang von der noth Christi am Oelberg in dem Garten'.
Die klaagzang over de eenzaam lijdende Jezus op de helling van de Olijfberg in de hof van Gethsémane is niet anoniem gebleven. Van de tekst is inmiddels zeker, dat hij werd geschreven door priester/dichter Friedrich Spee von Langenfeld (1591-1635).
Het leek me passend 'In stiller Nacht' in de Stille Week centraal te stellen.
Krijn de Lege, 21.3.2016
Keine Kommentare:
Kommentar veröffentlichen