It is a dazzling comedy. Bold too. From 1875. I enjoyed working with Schock's recordings from 1954 and 1964.
Rudolf Schock is 1954 Alfred and Eisenstein. Special detail: in 1944 he sang the young Alfred on German Reichsfernsehen in an experimental broadcast of a complete 'Fledermaus'. So after his war experiences in Stalingrad and before those during the Ardennes offensive.
Later he was the more mature Eisenstein between 1961 (Zürich) and 1976 (Hamburg, after which on tour). On and around New Year's Day 1975 he played and sang the role at the Vienna State Opera, of which a recording still exists. But it is not very good. Too bad, because a true star cast was on stage: Edda Moser (Rosalinde), Renate Holm (Adele), Christa Ludwig (Orlofsky), Erich Kunz (Frank) etc. The speaking role of jailer Frosch was played alternately by Karl Paryla and Heinz Rühmann. Hero tenor Hans Beirer - four years older than Schock - was a very elderly Alfred. The in my opinion rather worn quality of his moreover still voluminous voice left too much to be desired.
 |
| FLEDERMAUS-RECORDING Vienna 1975 |
It is almost incomprehensible that the Electrola-Querschnitt under the here and there underestimated Wilhelm Schüchter from 1954 was limited to half an hour. In this period Rudolf Schock was already a celebrity after his Tauber film, Sari Barabás was a star too, Anneliese Rothenberger had started a great career, Gustav Neidlinger was an admired Wagner singer and Hermann Prey a promising lyrical baritone. The musical sequence was strange at times, but effective and absolutely vibrant. Fortunately, ten years later there was the complete and sublime Robert Stolz recording, about which criticism Pope Jürgen Kesting (>https://tenorschock.blogspot.com/2024/03/beckmesser-is-always-alive-and-kicking. html) expressed himself only very positively half a century (!) after its appearance.
I think, I have succeeded in presenting the content and character of the work acceptably in my 'Fledermaus' project. Because the 'Fledermaus' title of this actual comic opera is somewhat difficult to discover, I will let Eisenstein himself speak below (end of 2nd act):
"So, it was at a masquerade ball four years ago. Falke was already a notary and I was not yet married. I dressed up as a butterfly, Falke as a bat. We had a great time and I diligently made sure that our doctor was completely drunk by morning. On the way back I laid him under a tree and drove home alone. When he woke up, he had to march much to the delight of all the street boys like a bat into the city in broad daylight. Since then he was called "DR. FLEDERMAUS".
D e u t s c h :
Es ist eine umwerfende Komödie. Frech auch. Aus dem Jahre 1875. Hatte viel Spass mit dem Mix aus Aufnahmen von 1954 und 1964.
Rudolf Schock 1954 als Alfred und Eisenstein. Besonderes Detail: 1944 sang er im Deutschen Reichsfernsehen den jungen Alfred in einer experimentellen Sendung der vollständigen "Fledermaus". Also nach seinen Kriegserlebnissen in Stalingrad und vor denen während der Ardennenoffensive.
Später war er der reifere Eisenstein zwischen 1961 (Zürich) und 1976 (Hamburg, danach auf Tournee). Zu Silvester 1975 spielte und sang er die Rolle an der Wiener Staatsoper, wovon noch eine Aufnahme existiert. Aber sehr gut ist sie nicht. Schade, denn auf der Bühne stand eine wahrhaftige Starbesetzung: Edda Moser (Rosalinde), Renate Holm (Adele), Christa Ludwig (Orlofsky), Erich Kunz (Frank) usw. Die Sprechrolle des Gefängniswärters Frosch spielten abwechselnd Karl Paryla und Heinz Rühmann. Der Heldentenor Hans Beirer – vier Jahre älter als Schock – war ein sehr alter Alfred. Die meiner Meinung nach ziemlich abgenutzte Qualität seiner zwar noch sehr voluminösen Stimme ließ zu wünschen übrig.
Es ist fast unverständlich, dass der Electrola-Querschnitt von 1954 unter dem dann und wann zu Unrecht unterschätzten Wilhelm Schüchter auf eine halbe Stunde begrenzt wurde.
 |
| Fledermaus recording 1954, published 1955 |
Schon damals war Rudolf Schock nach seinem Tauber-Film eine Berühmtheit, Sari Barabás ein gefeierter Star, Anneliese Rothenberger äusserst vielversprechend, Gustav Neidlinger ein bewunderter Wagner-Sänger und Hermann Prey der angehende Bariton-Liebling eines breiten Publikums. Der musikalische Ablauf war teilweise seltsam, aber wirkungsvoll und absolut lebendig. Glücklicherweise gab es zehn Jahre später die vollständige und sublime Robert Stolz-Aufnahme, vorüber sich der Kritikpapst Jürgen Kesting erst ein halbes Jahrhundert (!) nach Veröffentlichung begeistert äusserte (>https://tenorschock.blogspot.com/2024/03/beckmesser-is-always-alive-and- kicking. html).
Ich hoffe, dass es mir gelungen ist, den Inhalt und Charakter des Werkes in meinem "Fledermaus"-Projekt annehmbar vorzustellen. Da der Titel 'Fledermaus' dieser wesentlich komischen Oper etwas schwer zu entdecken ist, lasse ich hierunter Eisenstein diesen Namen näher erklären (kurz vorm Ende des 2. Akts):
"Also, es war auf einem Maskenball vor vier Jahren. Falke war bereits Notar, und ich war noch nicht verheiratet. Wir unterhielten uns köstlich, und ich trank unserem Doktor fleissig zu, so dass er gegen Morgen kanonenvoll betrunken war. Und auf der Heimfahrt legte ich ihn unter einen Baum und fuhr allein davon. - Er schlief wie ein Murmeltier. Als er erwachte, musste er zum Gaudi aller Strassenbuben am helllichten Tag als Fledermaus in die Stadt einmarschieren und wurde seitdem nur noch "DR. FLEDERMAUS" genannt".
N e d e r l a n d s :
Het is een wervelend blijspel. Brutaal ook. Uit 1875. Had veel plezier met de mix van opnamen uit 1954 en 1964.
Rudolf Schock in 1954 als Alfred en Eisenstein. Bijzonder detail: in 1944 zong hij de jeugdige Alfred al voor het Duitse Reichsfernsehen in een experimentele uitzending van een complete 'Fledermaus'. Dus na zijn oorlogservaringen in Stalingrad en voor die tijdens het Ardennenoffensief.
Later was hij de rijpere Eisenstein tussen 1961 (Zürich) en 1976 (Hamburg, waarna tournee). Op en rond oudejaarsdag 1975 speelde en zong hij de rol aan de Weense staatsopera, waarvan nog een opname bestaat, die niet zo best is. Jammer, omdat een ware sterrencast op het podium stond: Edda Moser (Rosalinde), Renate Holm (Adele), Christa Ludwig (Orlofsky), Erich Kunz (Frank) enz. De spreekrol van cipier Frosch werd gespeeld door beurtelings Karl Paryla en Heinz Rühmann. Heldentenor Hans Beirer - vier jaar ouder dan Schock - was een wel heel bejaarde Alfred. De kwaliteit van zijn weliswaar nog altijd volumineuze stem liet m.i. echter te veel te wensen over.
Bijna onbegrijpelijk is, dat de Electrola-Querschnitt onder de hier en daar ten onrechte onderschatte Wilhelm Schüchter uit 1954 beperkt bleef tot een half uurtje. Toen al was Rudolf Schock na zijn Tauber-film een beroemdheid, Sari Barabás was een ster, Anneliese Rothenberger begonnen aan een grote carrière, Gustav Neidlinger een bewonderd Wagnerzanger en Hermann Prey een veelbelovende lyrische bariton. De muzikale volgorde was soms vreemd, maar effectief en absoluut bruisend. Gelukkig was er tien jaar later dan de complete en sublieme Robert Stolz-opname, die van kritiekpaus Jürgen Kesting (>blogtekst: https://tenorschock.blogspot.com/2024/03/beckmesser-is-always-alive-and-kicking.html) pas een halve eeuw (!) na haar verschijnen een jubelende kritiek kreeg.
 |
| Fledermaus recording 1964, published 1965 |
Ik hoop, dat ik erin geslaagd ben in mijn 'Fledermaus'-project inhoud en karakter van het werk aanvaardbaar weer te geven. Omdat de 'Fledermaus'-titel van deze feitelijk komische opera wat moeilijk te ontdekken is, laat ik hieronder Eisenstein zelf aan het woord (eind 2e akte):
"Dus, het was op een gemaskerd bal vier jaar geleden. Falke was toen al notaris en ik nog niet getrouwd. Ik ging als vlinder verkleed, Falke als vleermuis. We amuseerden ons kostelijk en ik zorgde er ijverig voor, dat onze doktor tegen de ochtend stomdronken was. Op de terugreis legde ik hem onder een boom en reed alleen naar huis. - Hij sliep als een marmot. Toen hij wakker werd, moest hij tot groot plezier van alle straatjongens op klaarlichte dag als vleermuis de stad binnenmarcheren. Sindsdien werd hij DR. FLEDERMAUS genoemd"
Krijn de Lege, 24.5.2024
